De Algemene Leden Vergadering werd op 19 april 2023 (voor het eerst) gehouden in het Groot Arsenaal. Met (bijna) iedere stoel bezet was het een goed bezette bijeenkomst. De presentatie van de penningmeester reikte verder dan een verslag van de dorre cijfers.
Hij liet zien dat de begroting niet sluitend was, en vroeg om suggesties om het (relatief kleine) tekort weg te werken. ‘We gaan weliswaar niet failliet, maar de reserves slinken’. Een verhoging van het lidmaatschap werd niet echt overwogen, omdat daarmee de drempel voor toegang wordt verhoogd, en veel leden hun waardering voor de Kring tonen door toch al een (soms aanzienlijk) hoger bedrag over te maken. Het resultaat van deze wijziging wordt dan ook als gering of mogelijk negatief (afzeggingen) ingeschat.
Andere suggesties als (papier)kwaliteit van de Waterschans en de verzendenveloppe kwamen voorbij, en de suggestie van een partnerlidmaatschap, wat wel de ‘rechten’ van een gewoon lid oplevert, maar niet het tijdschrift en het ledengeschenk. Zo’n partner- of huisgenotenlidmaatschap (’tientjeslid’) leidt dus tot groei van het aantal leden zonder dat er veel kosten voor de Kring tegenover staan.
Nadat in de vorige ALV is besloten om de zittingstermijn voor bestuursleden te verhogen van 2×3 naar 2×4 jaar, werd de zittende leden de keuze geboden om de nieuwe termijn(en) alsnog te aanvaarden.
Koert Damveld maakte daar in zijn tweede termijn gebruik van, zodat hij als voorzitter nèt het laatste stukje van de coronaperiode kon overbruggen.
Flores Remijn hield zich echter aan haar (tweede) termijn van 3 jaar. Zo traden deze twee bestuursleden bij deze vergadering af. Aantredend waren Gerard Franken, die als nieuwe voorzitter werd voorgesteld, en Sanneke van den Boom als gewoon bestuurslid. Welke taken zij op zich gaat nemen is niet aangegeven.
Lezing
Na de pauze hield Irene van Kemenade een lezing over de geschiedenis van het Groot Arsenaal, waarvoor ze uitweidde over het ontstaan en verloop van de vestingperiode van de stad. Waar het lang gebruikelijk was dat militairen bij de bewoners van de stad werden ingekwartierd, veranderde dat in Bergen op Zoom pas betrekkelijk laat. Zelfs voor de wapenrusting was er weinig of geen onderdak; pas tijdens de belegering van Spinola in 1622 werd de St Jacobspoort aan de haven als veilige (en controleerbare) bergplaats van ’s Lants Bus-poeder aangewezen (zie het onlangs geplaatste ‘Berghen op den Zoom beleghert‘ pag 125 op deze site).
Pas in 1746 werd de (nu verdwenen) Blokstal I gebouwd, Blokstallen II en III dateren van 1764, zodat de legerpaarden vanaf toen een goed eigen onderdak kregen. In die tijd werd ook het Groot Arsenaal gerealiseerd als wapenopslagplaats voor het garnizoen. Tekeningen in het Rijksarchief tonen de oorspronkelijke en daarna wisselende plannen voor het zogenoemde Tuighuis in 1763.
Toch werd het gebouw al gerealiseerd in 1674. (hoe anders is dat in deze tijd…) De rijk versierde toegangsdeuren in de langsgevels waren niet in de oorspronkelijke plannen opgenomen, maar werden toch gerealiseerd (de beeldhouwer is echter onbekend) Wel bekend is hoe de indeling van de verschillende etages was: Begane grond (1e etage) kanonnen en dergelijke, 2e etage 11.000 geweren in wapenrekken, op de 3e schoppen, en andere persoonlijke uitrustingen, en op de 4e (zolder) matrassen, dekens en (lege) zandzakken.
Het klein arsenaal werd (met dikke muren) gebouwd voor de opslag van munitie; de stadspoorten aan de haven werden gesloopt.
In de stad werden meer nieuwe militaire gebouwen gerealiseerd of verworven: het Gouvernementshuis werd hospitaal, het Provoosthuis werd als militaire gevangenis gebouwd waarmee de Nonnenstraat (nu Geweldigerstraat) werd verlaten.
Omdat in 1794 (dreiging vanuit Frankrijk) het garnizoen werd uitgebreid tot 6000 man (net zoveel als het aantal inwoners) was inkwartiering bij de burgers niet langer realistisch. In 1795 werd de stad in opdracht van de toenmalige regering overgegeven aan de Franse macht. Vanaf die tijd werd de roep om manschappenkazernes luider, en werd daartoe allereerst het Markiezenhof aangewezen. Later werd ook het groot Arsenaal daarvoor ingericht.
Ofschoon de vesting vanaf 1867 ingevolge de vestingwet buiten gebruik was gesteld (en werd geslecht) was daarmee de militaire historie van de stad zeker niet ten einde; Bergen op Zoom werd van vestingstad tot garnizoensstad. De kazernes Oranje Nassau, Wilhelmina en Cort Heijligers dateren uit deze periode. Het groot Arsenaal werd van kazerne weer omgebouwd tot materiaalberging en weer later, toen het derde regiment de stad verliet, kwam het leeg te staan. In 1969 werd het gebouw aangewezen als Rijksmonument, en in 2003 door Domeinen verkocht aan de huidige eigenaars. Irene merkte nog op dat het huidige Spiritum tijdens de kazernetijd druk werd gebruikt, maar dat er toen heel wat anders geschonken werd dan thans….