Stelt u zich voor, u krijgt een mailbericht met de volgende inhoud:
Ik heb al jaren een boek in de kast liggen over de geschiedenis van Bergen op Zoom. Dit boek is in mijn bezit gekomen uit de erfenis van mijn opa. Het boek is handgeschreven door Th.A. Boeree. Er zit een brief bij uit 1933, waarin hij dit boek aanbiedt aan een museum.
Op één of andere manier is het boek uiteindelijk in het bezit gekomen van mijn opa. Mijn opa heeft jarenlang in Bergen op Zoom gewoond en heeft gewerkt als aardrijkskunde en geschiedenis leraar.Het is zonde dat het boek al jaren stof ligt te vangen, terwijl een ander er misschien heel blij mee is. Misschien dat jullie er interesse in hebben? Ik hoor het graag.
Wat zou u dan denken? Misschien net als ondergetekende, dat dit weleens een handgeschreven concept kan zijn van de ‘Grepen uit de geschiedenis van Bergen op Zoom‘. Boeree heeft die ‘Grepen’ immers ook omstreeks 1933 in de Geertruydtsbronne en dagblad De Zoom het licht doen zien. Toch bleek dat net iets anders te liggen.
Na correspondentie met de aanbieder Eva van Doorn blijkt zij bereid het boek toe te sturen. Uit een in dat boek liggende brief blijkt dat Boeree dit exemplaar had aangeboden aan Dhr Juten, oprichter van de Geschiedkundige Kring, voor opname in de museumcollectie. Dank zij dit genereuze aanbod van Eva komt dit boek alsnog terecht bij de (erf)opvolger, de in 1968 opnieuw opgerichte Geschiedkundige Kring. Dat is mooi

Nog mooier wordt het, als blijkt dat het boek weliswaar in een prachtig handschrift is samengesteld, maar toch op een of andere wijze vermeerderd is. Vermoedelijk is het geschreven op tekentransparant, waarmee meerdere exemplaren eenvoudig op een lichtdrukmachine gemaakt konden worden. Blijkens het voorwoord is voor deze methode gekozen, omdat er geen geld was voor een gedrukte uitgave. Als commandant van het 7e regiment Veldartillerie en garnizoenscommandant schakelde Boeree het personeel van het garnizoensbureau in om het boek op kosteloze wijze toch te realiseren. Het was immers bedoeld als ‘handleiding voor officieren en kader van mijn regiment’. Zo konden deze de manschappen het een en ander leren over de geschiedenis van de (vroegere) vesting waarin zij gelegerd waren. Kennelijk was er onder dat personeel minstens één schrijver met een jaloersmakend handschrift….
Zo’n document mag natuurlijk niet verloren gaan. Overigens blijkt er ook een exemplaar in de bibliotheek van het West Brabant Archief te zijn. Een poging om het boek in het originele handschrift opnieuw (digitaal) te publiceren, liep vooralsnog op niets uit. Vandaar dat het is omgezet in een tekstbestand. Dat bood tevens de gelegenheid om hier en daar wat voor de moderne lezer verduidelijkende voetnoten toe te voegen, omdat sedert 1933 wel het een en ander veranderd is. De lezer kan dit boek downloaden door op deze link te klikken, of het via de tab publicaties-eboeken op te zoeken.
